Bestrijding Amerikaanse vogelkers
We willen graag ruimte voor onze inheemse planten, struiken en bomen. Daarom willen we de Amerikaanse vogelkers, ook wel bospest genaamd, uit het Wasvengebied weren.
Van bodemverrijker tot plaag
De Amerikaanse vogelkers is begin vorige eeuw naar Nederland gehaald. Het idee was om ze op de hogere gronden onder de naaldbomen te planten als onderbebeplanting. Het afgevallen blad zou de bodem verrijken met humus, wat ten goede komt aan de naaldbomen. Ze zouden daardoor sneller groeien.
Aan de vogelkers komen bloemen en later bessen, die geliefd bleken, en nog zijn, bij vogels. En hoe! De vogels eten de bessen en poepen de pitjes – die niet verteren – ergens anders weer uit. Hier groeien weer nieuwe vogelkersjes uit en zo verder. Zo werd de vogelkers een pest voor de bossen.
De Amerikaans vogelkers is een exoot die van nature hier niet thuis hoort. Hij overgroeit onze inheemse flora. Dat is de reden dat wij, maar ook heel veel andere natuurorganisaties in het land, de bospest bestrijden.
Ruimte voor inheemse flora
In de winterperiode zijn we met een grote groep natuurvrijwilligers regelmatig in ons gebied aan de slag om onze inheemse planten te bevrijden van de Amerikaanse vogelkers. Natuurlijk op gepaste afstand in deze tijden. Lekker individueel, buiten fysiek aan de gang, een goed alternatief nu we in deze crisisperiode de sportschool niet kunnen bezoeken.
Uiteindelijk krijgen we weer een open structuur waar inheemse planten weer de kans krijgen om te groeien. Het blijf wel uitkijken. Je moet dit proces het groeiseizoen erna goed bewaken zodat de bospest niet weer de kop opsteekt. Zo ontstaat er een gevarieerder stukje bos met de flora van eigen bodem.