22 maart was het zover. Op deze avond voor de kinderen, gaan we naar de poel achter het Wasvenbos.
Het is kwart voor zeven en het regent. Mmm, het zal toch niet dat door die regen de kinderen geen zin hebben, of de ouders het afraden, of wellicht zelf er niet meer uit willen? Gelukkig! Niets in minderwaar. Het zijn echte bikkels die jongens en meisjes die naar de schop kwamen. Eerst maar even wat theorie, met wat vragen en plaatjes. Ook wat kikkerdril van de bruine kikker, met zelfs de eerste dikkopjes kon je van dichtbij bekijken.
In de Tongelrese aangelegde amfibieën poelen, het zijn er een 20 in totaal, leven 3 soorten salamanders. De alpenwatersalamander, de kleine watersalamander en de kamsalamander.
De gewone pad. De bruine en de groene kikker. We weten nu ook dat de bruine kikker klompen kikkerdril leggen, padden hebben ei-snoeren en salamanders leggen losse eitjes, die ze in een blaadje dichtvouwen.
En dan naar buiten! Met 20 kinderen hun ouders en grootouders! Het miezert nog steeds, maar daar merkte we eigenlijk weinig van. Onderweg werd het eerste padje gezien, een jonkie van 2 jaar. Bij de poel aan gekomen werd er flink geschept met de netten. De lampen waren voor de controle of er wat in het net zou zitten.
Een salamander! Een salamander! Werd er enthousiast geroepen. Deze werd in een glazen bakje gedaan om dit mooie diertje goed te kunnen bekijken. Wow wat is ie mooi! Het is een mannetje. Even later een vrouwtje en nog één. Het zijn kleine watersalamanders. Ook een voorntje, een visje met een rode staart en vinnen is gevangen. Als er vissen in een poel zitten is dat niet bevorderlijk voor amfibieën.
We weten ook dat er zonnebaarsjes in de poel leven. Die vissen eten eigenlijk alles op wat rondzwemt, alle dikkopjes en ook alle waterinsecten.
We gaan ook nog even naar een ander poeltje achter in de notengaard. Weer wordt er onderweg een padje gevonden. Wat een leukerd!
Deze poel stonk naar rottend blad en dat is niet goed!
Kees verteld over de hooibergjes die in de notengaard staan vlak bij de poel, dat het eigenlijk muizenruiters zijn, waar muizen zich in kunnen verstoppen en eten in de winter. Maar het is eigenlijk speciaal voor de uilen, zodat die daar in koudere tijden een muis kunnen vangen. Met een lamp schijnt één van de kinderen onder het hooi. Ik zie een muis, ik zie een muis! Kijk daar! Dat is geen muis, maar dat is een egel, nadat we het met een betere lamp bekeken. Deze heeft de muizenruiter als winterverblijf gebruikt om een winterslaap te houden. En kijk hier zit er nog eentje! Roept een ander jongetje. Ah geweldig! Het gaat toch al niet zo goed met deze dieren, maar mooi dat we ze gezien hebben. Voorzichtig hebben we het veld weer verlaten en zijn we terug naar de boerderij gelopen. Is het nu al afgelopen? Vroeg een van de kinderen. De ander vertelde dat ze nooit zolang mocht opblijven. Het is alweer half negen en een ervaring rijker voor de kinderen. Mooi toch als een jongetje zegt: Ik heb nog nooit een echte egel in het wild gezien.
Daar doe je het toch voor!
Tekst: Kees van Grevenbroek
Foto’s: Marco Elsenaar
Klik op de foto’s voor een vergroting: