Achter de boerderij van het Wasven ligt het restant van de kasteeltuin, waar nog de oude bomen staan. Een plataan van waarschijnlijk 170 jaar oud, een rode beuk en een echte tulpenboom van waarschijnlijk dezelfde leeftijd. Wat je alleen met zekerheid kunt zeggen als je de boom omzaagt en de jaarringen telt – wat we niet doen. Ook de overgebleven grachten en de groepen rhododendrons zijn nog herkenbaar.
De oude eiken, acacia’s en beuken maken het bos karakteristiek.
We laten bewust dode bomen staan en dood hout liggen, want daar leven allerlei insecten op en in, waar vogels zoals spechten en boomklevers weer goed mee zijn. Ook ontwikkelen zich daar allerlei mossen en zwammen op.
In holtes van de dode bomen nestelen vogels, en ook vleermuizen vinden er een schuilplaats. Eekhoorntjes verstoppen er hun voorraden.
Op bepaalde plekken in het bos liggen takkenrillen (gestapelde takkenbossen). Dit zijn schuilplaatsen voor muizen, egels en kleine vogeltjes zoals roodborstje en winterkoninkje.
Water
Water is belangrijk voor dier en plant. Aan de zuidzijde van het Groendomein is een bergingsvijver. Hier wordt hemelwater opgevangen uit de wijk, zodat dit niet via het riool wordt afgevoerd, maar naar het grondwater kan zakken.
Een vochtminnende plantenvegetatie is het gevolg. De groene kikker geeft iedere lente en vroege zomer gratis concerten.
De bruine en groene kikker en de gewone pad zorgen elk jaar weer voor nakomelingen in deze vijver, de kikkervisjes.
Water trekt ook vogels aan zoals de reiger en wilde eenden of gewoon vogels die komen drinken en baden.
En vergeet de insecten niet, waaronder de mooie libellen-soorten.
Op het terrein achter de boerderij heeft een imker een viertal bijenvolken.
Tuunheg
Naast het, nu nog weide en de boerderij, staat een zogenaamde tuunheg. Deze is door kinderen van basisschool de Boog in november 2006 geplant.
Deze haag bestaat uit meidoorn, Gelderse roos, hondsroos, vuilboom en sleedoorn. Tussen deze struiken zijn takken in de grond gestoken en kastanje-houten paaltjes. In de lengte van de haag werden vanuit twee zijden lange takken naar elkaar toegetrokken en met ijzerdraad vastgebonden.
De haag is meteen ondoordringbaar voor ganzen en een mooie natuurlijke afscheiding, plus een voedselbron voor allerlei dieren, vogels en insecten.
Bolakker
Op de bolle akker, aan de oostkant van de boerderij, maar ook aan de zuidkant, tegen het spoor, wordt ieder jaar een mengsel van bloemen ingezaaid, in de zomer heerlijk voor de vlinders en de andere insecten. En in het najaar wanneer de zaden rijp zijn, worden ze de hele winter gegeten door diverse vinkensoorten, ringmussen en rietgorzen.
Er komen ook muizen op af, en die worden weer gegeten door de torenvalk, kerkuil en bosuil. En zo is de kringloop compleet.