In het stroomgebied van de Kleine Dommel woont sinds een aantal maanden een beverpaartje. Aan de vraat- en knaagsporen herken je hun aanwezigheid.
Als je een wildcamera plaatst op de plek waar bevers knagen, zie je later op de beelden deze grote knagers. En die beelden hebben we. Dankzij Evert, die zich actief met bevers en dassen en hun verspreiding bezighoudt.
Een speciale wandeling begon met een korte introductiefilm in de Collse watermolen. Op de werkbank in de molen lagen ook nog ‘beveronderdelen’ zoals tanden, uitwerpselen, en takken met tandafdrukken.
Daarna gingen we onder leiding van Evert en Kees het stroomgebied in, op zoek naar de sporen van de bevers. Met 20 belangstellenden startten we de wandeling. Al vlakbij de molen waren de eerste sporen te zien, weliswaar wat vraatwerk van afgelopen zomer, maar toch al duidelijke aanwijzingen voor de aanwezigheid van de bever.
Omdat het veel geregend en gewaaid had, was de wandeling een echte expeditie. Hier en daar langs omgewaaide bomen kruipen en sluipen en hele stukken waden langs de buiten de oevers getreden beek.
We hebben veel vraatsporen mogen zien, tot zelfs geheel omgeknaagde bomen. Wat een werk moet dat zijn geweest en dat met alleen de tanden.
Je ziet en hoort tijdens zo’n wandeling dat het voorjaar al in de lucht zit. Bloeiende wilgen en zingende vogels. Heerlijk toch!
De luchten waren echt maarts. Soms zon en dan weer dreigende wolken, maar de hele wandeling hebben we het droog gehouden, tenminste wat betreft de regen. Van sommige wandelaars hielden de laarzen het niet droog, maar dat is een ander verhaal.
Het was een bijzondere, leerzame ochtend.